Kan een AED iemand onterecht een schok geven?

Een AED is ontwikkeld om levens te redden. Maar misschien vraag je je wel eens af: kan zo’n apparaat ook een fout maken? Het idee dat een apparaat misschien zelf een verkeerde beslissing neemt over zoiets ingrijpends als een schok, kan best spannend zijn en roept vaak vragen op. In deze blog leggen we je precies uit hoe het zit.
Wat doet een AED precies?
Voordat je begrijpt of een AED een fout kan maken, is het handig om te weten hoe het apparaat werkt. Een AED analyseert altijd eerst het hartritme van het slachtoffer. Alleen wanneer er sprake is van een levensbedreigend ritme – zoals ventrikelfibrilleren of ventrikeltachycardie – volgt er een schokadvies. Bij andere ritmes, zoals een normale hartslag of een stilstand (asystolie), geeft de AED geen schok. Zo wordt onnodig of gevaarlijk gebruik voorkomen.
Kan een AED onterecht een schok geven?
Het korte antwoord: nee. Een AED is zo ontworpen dat het alleen een schok toedient als dat echt nodig is. Als er geen schokbaar ritme wordt gemeten, zal het apparaat nooit een schokadvies geven. Zelfs als iemand per ongeluk op de knop drukt, gebeurt er niets zolang er geen schokbaar ritme is vastgesteld.
Je hoeft dus niet bang te zijn dat een AED zomaar een schok geeft. Het apparaat voert altijd eerst een analyse uit en beslist daarna of een schok mogelijk en zinvol is.
Kan een AED omstanders onterecht een schok geven?
Misschien maak je je ook zorgen over de veiligheid van omstanders. Kan een AED per ongeluk iemand anders raken tijdens het toedienen van een schok? Gelukkig is dat bijna onmogelijk. De stroom loopt uitsluitend via de elektroden die op de borst van het slachtoffer zijn geplakt.
Wel is het belangrijk dat niemand het slachtoffer aanraakt tijdens het moment van defibrillatie. De AED geeft dit altijd duidelijk aan met een gesproken instructie, bijvoorbeeld: “Raak het slachtoffer niet aan. Schok wordt toegediend.” Als je die aanwijzingen volgt, loopt niemand gevaar.
Betrouwbaarheid van AED’s
AED’s zijn medische hulpmiddelen en worden streng getest voordat ze op de markt komen. Fabrikanten besteden veel aandacht aan de software die het hartritme analyseert, waardoor de kans op fouten vrijwel uitgesloten is.
Daarnaast voert een AED regelmatig zelftests uit. Het apparaat controleert bijvoorbeeld de batterij, de elektroden en de interne elektronica. Als er een probleem wordt gevonden, merk je dat direct door een signaal op de AED, bijvoorbeeld een rood knipperend lampje. Zo weet je zeker dat de AED klaarstaat voor gebruik.
Dankzij deze strenge keuringen en ingebouwde controles kun je vertrouwen op de kwaliteit en betrouwbaarheid van iedere AED.